Marleen Vanderpoorten
Burgemeester stad Lier
Dames en Heren,
Het is voor mij een eer en een waar genoegen om het museum Oscar Van Rompay officieel te mogen openen. En dit om twee reden.
In de eerste plaats zal dit museum ongetwijfeld een verrijking betekenen voor het cultureel erfgoed dat Lier aan zijn inwoners en de bezoekers van de stad wil en kan tonen. De werken van Oscar Van Rompay zullen immers worden tentoongesteld in zijn huis, “Het huis van Oscar”, een heel mooi pand gelegen aan één van de meest centrale en aantrekkelijke plekken van Lier, de Vismarkt. Bovendien heeft het huis een schitterende tuin die niemand vermoedt in het centrum van een stad.
Dit museum wordt geopend op een ogenblik dat het stadsbestuur nadenkt over de toekomst van de beide stedelijke musea namelijk het Timmermans-Opsomerhuis en het museum Wuyts Van Campen- Baron Caroly. De vraag die op tafel ligt is of de collecties in deze musea niet moet worden herschikt en of de gebouwen waarin de musea gevestigd zijn, niet meer mogelijkheden hebben dan waarvoor ze nu worden gebruikt.
Tegelijkertijd worden we als stadsbestuur uitgedaagd door een bloeiend en steeds groeiend toerisme in Vlaanderen. Lier heeft door tal van initiatieven al getoond dat het zijn plaats in dit kort verblijfstoerisme zeker meer dan waard is. Het “Huis van Oscar” kan zeker een extra bezienswaardigheid zijn om verschillende redenen: het is zeer centraal gelegen in de stad, op loopafstand tussen de beide stedelijke musea en vlak bij het Poppenmuseum; het is een prachtig pand met een rijke geschiedenis; de geëxposeerde werken zijn pareltjes; de kunstenaar tenslotte, maar niet in het minst, die dit alles realiseerde, was een kleurrijke figuur, gelinkt aan en ondergedompeld in de geschiedenis van Lier.
De tweede reden waarom het mij een genoegen is dit museum te openen, is omdat ik eigenlijk met veel plezier en ook een beetje heimwee terug denk aan de tijd toen Oscar hier nog woonde. Al was Oscar geen gemakkelijke man. Hij was in ieder geval wel een bijzonder boeiend en kleurrijk man die prachtige schilderijen heeft gemaakt en een groot hart had voor zijn stad.
Zoals vandaag reeds eerder aangehaald, was Oscar als kind reeds geobsedeerd door tekenen en schilderen. Hij volgde lessen aan de Lierse tekenschool en de Antwerpse academie. Hij tekende alles maar had een voorliefde voor stilleven, tekenen naar levend model, stads- en landschapsgezichten. Hij was korte tijd directeur van de Lierse academie en zeer lange tijd lid van de museacommissie van de stad Lier. Zo heb ik hem persoonlijk leren kennen als beginnend schepen van cultuur en bevoegd voor de musea, in 1989. Ik kende hem natuurlijk al eerder door de verhalen die mijn ouders over hem vertelden, maar ik kan u verzekeren dat de realiteit toch nog boeiender was. Het was een belevenis om Oscar in de vergadering van de museacommissie aan het woord te horen…
Gans zijn leven door is Oscar enthousiast voor of tegen iets geweest en het gezelschap dat hem het liefste was, was er één dat kon luisteren. Maar alleen maar luisteren was niet echt de bedoeling van de museacommissie. Omdat er teveel tegenspraak was en teveel verschillende meningen, en omdat, naar zijn aanvoelen, zijn autoriteit niet voldoende erkende werd, bleef hij vanaf een bepaald ogenblik afwezig op de commissie. Hij maakte er wel een zaak van om mijzelf of Jan Hendrickx regelmatig bij zich te roepen om zijn visie over het reilen en zeilen van de stad duidelijk te maken. Aan ons dan om zijn ideeën over te brengen aan anderen.
Als jonge volwassene, als overtuigd artiest, bleef hij tekenlessen volgen en zag hij zijn droom in vervulling gaan: Parijs bezoeken. In Parijs overviel hem een bijna uitzinnige liefde voor de Franse meesters, in het bijzonder de impressionisten. Deze liefde voor Parijs heeft hij zijn leven lang beleefd. Reeds op hoge leeftijd bleef hij de Parijse musea bezoeken. Heel vaak vroeg hij familieleden of vrienden om met hem naar het Louvre te rijden. Wat meestal ook zonder veel morren gebeurde…
Oscar was gefascineerd door het vreemde samenspel van zon, licht en kleur en had een onvoorstelbaar verfijnde aandacht voor schittering en tinten. Zijn vriend Felix Timmermans zei in een openingstoespraak voor een tentoonstelling van Oscar Van Rompay: ”Kleur, kleur! Was de schreeuw van zijn hart, licht en kleur en den overschot is literatuur, illustratie en vertelsel. De kleur spartelt van weelde uit zijn vormen.” Zijn aandacht voor licht en lichtinval had ook als gevolg dat hij strikte richtlijnen gaf aan wie van hem een schilderij kon kopen, over de plaats waar het schilderij moest hangen en de kader die er rond moest gemaakt worden. In menig Liers huis heeft hij zijn schilderij eigenhandig van plaats veranderd!
Maar zoals hij enthousiast over de Franse meesters kon vertellen, kon hij zich in omgekeerde richting mateloos ergeren aan de fouten van de moderne samenleving. En aan de ondoordachte vernieuwingen die sommigen, volgens hem onterecht, als vooruitgang aanzagen. Zo was één van zijn steeds weerkerende ergernissen “L’automobile, la télévision et la pillule”. Die zorgden er immers voor dat mensen onverantwoordelijk en kortzichtig werden.
De eerlijkheid in zijn gevoels-en meningsuiting heeft sommigen van zijn bezoekers afgeschrikt, maar werd door heel wat anderen geapprecieerd. Zelf heb ik zeker ook de zachte kant van Oscar leren kennen toen hij in 1984 mijn zieke vader absoluut wilde bezoeken en raad geven. Hij stapte toen in mijn ouderlijk huis gedecideerd de gang door en de trap op en ging mijn vader in zijn ziekbed een lijstje van groenten en vruchten afgeven die hij moest eten, wilde hij ooit nog genezen…Niemand heeft hem dat nagedaan. Ook dàt was Oscar.
Dames en Heren,
Ik ben blij met het “Huis van Oscar”. Het maakt cultureel Lier rijker, het maakt de stad mooier en kleurrijker. Ik denk dat ik namens u allen mag zeggen: ”bedankt Oscar”.
Dank u voor uw aandacht.
Marleen Vanderpoorten
Burgemeester stad Lier
9 september 2008