Van klooster tot kunstenaarswoning
De geschiedenis van deze site gaat minstens vier eeuwen terug.
In de 17de eeuw maakt zij deel uit van de meisjeskostschool van het Vredebergklooster, opgetrokken door reguliere kanunnikessen van Sint-Augustinus in 1611.
Klooster en school worden tijdens de Franse bezetting in 1797 afgeschaft en als ‘nationaal goed’ verkocht.
In 1808 wordt de weverij van het Lierse textielbedrijf De Heyder & Co in de gebouwen ondergebracht. De firma verhuist in 1835 naar het Nederlandse Leiden en klooster en school worden gesloopt.
Het echtpaar Verrijdt-Van Pelt koopt de grond die grenst aan de Vredebergvliet, laat er een woning bouwen en vestigt er tevens een damastweverij.
Na het overlijden van de jongste dochter Delphine verwerven kunstschilder Oscar Van Rompay en zijn echtgenote Jeanne van der Wee in 1936 het pand. Met eerbied voor het oorspronkelijk uitzicht richt het echtpaar het geheel in als woning en atelier.
Huis en tuin zijn beide als monument beschermd, respectievelijk in 1992 en in 2003.
Oscar Van Rompay, kunstschilder
Aan de Antwerpse Academie maakt de politiek geëngageerde leraar Juliaan De Vriendt een grote indruk op Oscar.
In deze periode maakt hij tevens kennis met Felix Timmermans. Het is het begin van een levenslange, persoonlijke vriendschap en belangstelling voor mekaars werk.
Van Rompay vindt zijn inspiratie in de kunst uit het verleden, bij Spaanse schilders als El Greco en Goya en in de 17de eeuwse Vlaamse en Hollandse School. De Franse impressionisten vormen echter Oscars grote voorbeeld. Zijn bewondering voor hun werk leidt tot een verblijf in Parijs. Leermeesters vindt de jonge schilder in de vrije ateliers, vrienden en gelijkgezinde kunstenaars in het artistieke milieu.
Aanvankelijk legt Oscar Van Rompay zich vooral toe op intimistische interieurs en stillevens in een eerder donker palet. De belangrijkste doeken zijn in de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan, wat rest geeft dus een onvolledig beeld. De werken die erna ontstaan, krijgen een ander karakter. Lichtere en fellere kleuren gaan veel meer het schilderij bepalen.
Lier en omgeving vormen het onderwerp bij uitstek. De reizen naar Parijs en het zuiden en de fascinatie voor het circus maken van beide eveneens voor de hand liggende thema’s. De belangstelling voor het stilleven blijft, daarnaast schildert Van Rompay ook portretten en naakten.
Jeanne en Oscar
Oscar Van Rompay (1899-1997) is de eerste zoon van schoenmaker Petrus Van Rompay en Josephina Charle. Zijn moeder komt in 1906 bij een keukenbrand om het leven en Oscar wordt opgenomen in het gezin van grootvader Charle. Die spoort hem aan les te volgen aan de Lierse tekenschool. Het traditionele onderwijs zegt Oscar hoe langer hoe minder en in 1915 trekt hij naar de Antwerpse Academie.
Wanneer hij in 1919 afstudeert, besluit Van Rompay naar Parijs te gaan. Zijn vader vergezelt hem en voorziet in hun levensonderhoud.
De militaire dienstplicht roept Oscar in 1921 naar België terug. Nadien vestigt hij zich opnieuw te Lier. Hij gaat er terug aan het tekenen en schilderen, onder andere op de Vismarkt. Daar staat ook het ouderlijk huis van Jeanne Van der Wee (1904-1981), dochter van Gustaaf Van der Wee en Charlotte De Vogelaere, eigenaars van de Lierse schoenfabriek, Corona Shoe. Daar begint het verhaal van Jeanne&Oscar.
Na hun huwelijk in 1926 beginnen Jeanne en Oscar een kanthandel waarvoor hij patronen tekent. Een jaar later begint Jeanne een schoenwinkel, Oscar gaat zich vanaf dan volledig aan zijn kunst wijden.